Zoals een mot een kleed op knaagt, zo verteert afgunst een mens. Johannes Chrysostomus.
Ik ben heel gelukkig met het feit dat ik eigenlijk nooit afgunstig/jaloers ben. Ook niet toen het in vroegere tijden allemaal niet zo royaal was. Maar ook in bredere zin ken ik geen afgunst. Ik zie dat dan ook als een gave die mij gegeven is.
Het leven is volgens mij ook een stuk eenvoudiger als je geen last van afgunst hebt. Dan hóef en móet je tenminste niet zo veel. Volgens mij heb ik er ook geen last van.
Dan ben je ook een gelukkig mens! Afgunst vernielt zoveel.